De special raporteur voor mensenrechten van de Verenigde naties, Idriss Jazairy schreef in zijn 6 mei 2019 report over de agressieve economisch-financiele sancties van de Verenigde staten en bondgenoten, dat

het gebruik van economische sancties voor politieke doeleinden de mensenrechten en de normen voor internationaal gedrag schendt. Een dergelijke actie kan door menselijk handelen veroorzaakte humanitaire catastrofes van ongekende proporties veroorzaken.

Hij eindigt zijn rapportage aan de verenigde Naties met

“Ik roep de internationale gemeenschap op om een constructieve dialoog aan te gaan met Venezuela, Cuba, Iran en de Verenigde Staten om een vreedzame oplossing te vinden in overeenstemming met de geest en de letter van het Handvest van de Verenigde Naties voordat het willekeurige gebruik van economische honger de nieuw ‘normaal’ wordt. “

Aan dit VN rapport en de aansluitende oproep aan de internationale gemeenschep, is geen enkele bekendheid gegeven door de gevestigde media in Nederland, en alle zgn. bondgenootstaten: Niets erover in de kranten – niets erover op de Radio of Televisie. Het werd totaal verzwegen.

Drie maanden eerder, op 26 januari 2019 heeft de voormalige reporteur van de Verenigde Naties, Alfred de Zayas in een interview met de Independent en later in een interview met onderzoeksjournaliste Abby Martin [The Empire Files, video 39 minuten], een vergelijkbare oproep gedaan aan de international gemeenschap. Ook hiervan was geen enkele melding in de gevestigde Media van de Verenigde Staten en al haar bondgenoot staten, w.o. Nederland

Omdat Venezuela een goed draaidende high tech economie had, en voor zijn voedselproducten traditioneel afhankelijk was van de meer agrarische buurlanden, m.n. Colombia, Peru, Brazilie en Argentine kwam het abrupte wegvallen van deze voedselhandel ten gevolge van de economische sancties van deze bondgenoten hard aan.

De supermarktketens van de Venezolaanse elite verhoogden de ellende voor de burgers, door absurd hoge prijzen te vragen voor de in voldoende mate aanwezige producten.

De Bolivariaanse regering van Venezola heeft noodgedwongen een voedselproject opgezet, genaamd CLAP, waarmee bijna 80% van de bevolking gevoed werd. Ofschoon het onweerspreekbaar de bedoeling heeft om de desastreuze effecten van de illegale sancties te verminderen, wordt dit voedselprogramma door alle gevestigde media kanalen van de sanctionerende bondgenootstaten geframed als een ondemocratisch machtmidel van de regering

Als voorbeeld, de NRC van 14 juni 2019):

Met voedselpakket en vaderlandskaart wordt de Venezolaan koest gehouden.
van Nina Jurna

[…………]
De voedselhulp vormt een belangrijke schakel in een fijnmazig repressienetwerk, dat ervoor moet zorgen dat burgers trouw aan het regime blijven – of zich publiekelijk in elk geval koest houden. Hierbij leunt de regering ook sterk op een met Chinese technologie gebouwde ID-kaart, waarmee het gedrag van burgers bijgehouden wordt en loyaliteit met extraatjes beloond kan worden. Venezuela is zo een van de landen waarnaar China zijn autoritaire sociale surveillance-systeem heeft geëxporteerd.
[……….]
Volgens sociologe Colette Capriles, verbonden aan de Simón Bolívar- universiteit, ontvangt 70 tot 80 procent van de Venezolanen de CLAP- pakketten van de regering. Meer dan 40 procent van deze groep zou volgens haar anders niet overleven. „Ze zouden dood gaan van de honger. Ze zijn volledig afhankelijk van de overheid. Vroeger kregen alleen de armste Venezolanen voedselpakketten. Naarmate de crisis erger werd, zag de regering hoe lucratief dat was. Je houdt de bevolking niet alleen in leven, maar je kunt ze ook controleren. Honger is een wapen waarmee Maduro regeert”, meent Capriles.

In het hetzige ‘nieuwsbericht’ van Nina Jurna ( Latijns Amerika correspondent van o.a. de NRC, AT5, Radio NoordHolland, Veronica, RTL), worden een aantal totaal ongefundeerde stemmingmakers opgevoerd, als zou de (noodzakelijke !!) voedselhulp een machtsmiddel van de president zijn.

Dat de Boliveriaanse regering hiervan ten onrechte beschuldigd wordt, en de gewelddadige interventie voor “humaitaire hulp van de VS” die via de door de VS illegaal aangestelde, en door nederlandse regering ilegaal erkende rechts neoliberale ‘interim president’ Guaido verspreid moest worden, door dezelfde media bejubeld werd, is voor de lezer hopenlijk ontluikend genoeg.

Essentieel om dit te begrijpen is evenwel het inzicht, dat de informatie voorziening van de overheid en mediabaronnen doelbewust een breed draagvlak poogt te creeren voor de oorlogen van de VS en bondgenoten (w.o. Nederland).

Alan MacLeod, lid van de Glasgow Media Group, deed daar onderzoek naar, met name de berichtgeving over Venezuela door journalisten, nieuwsbronnen en persbureaus en publiceerde zijn bevindingen in het boek (168 pg):
Bad News From Venezuela: Twenty Years of Fake News and Misreporting

Waarvan een goede en volledige boekrecentie door Joe Emersberger in FAIR.org op June 27, 2018:
Why Venezuela Reporting Is So Bad – Review of Alan MacLeod’s Bad News From Venezuela

naar aanleiding van de schandalige berichtgeving in de internatonale media, schreef Alan Macleod het artikel Venezuela: It’s Only a Coup if the US Government Says So waarvan de Nederlandse vertaling